Ontstekingsspoel controleren voor absolute beginners
Ontstekingsspoelen - om precies te zijn, de ohmse weerstand van de primaire en secundaire wikkeling van een ontstekingsspoel - testen met een multimeter is een al lang bestaande methode.
Helaas kan deze test slechts beperkte informatie verschaffen over de toestand van de ontstekingsspoel, omdat hij de functie van de ontstekingsspoel niet kan meten onder belasting/in bedrijf.
Dit kan ertoe leiden dat ontstekingsspoelen die niet meer correct werken, toch correcte weerstandswaarden (binnen de nauwkeurigheid van de meting) laten zien, maar nog steeds niet functioneren.
Maar de weerstandsmeting van de primaire wikkeling moet garanderen dat de ontstekingsspoel geen nieuwe elektronische ontsteking vernielt.
Het testen van de wikkelingen kan ook helpen bij het identificeren van mogelijke verdere problemen met de ontsteking.
Elke klassieke ontstekingsspoel bevat twee aparte spoelen van gewikkeld draad:
- de primaire wikkeling
- en de secundaire wikkeling
- Primair = Primaire wikkeling (in Ohm Ω)
- Secundair = Secundaire wikkeling (in KiloOhm kΩ)
Alle Ω-waarden (van de primaire wikkeling - wat we voornamelijk willen testen - zie hierboven) liggen in het (gewenste) bereik van ongeveer 3 ohm.
Voorbereiding:
Er kunnen tot 40000 V optreden op een ontstekingsspoel tijdens bedrijf.
Daarom nooit de weerstand van een ontstekingsspoel meten tijdens bedrijf.
- De ontstekingsspoel volledig loskoppelen van de bedrading!
Als de ontstekingsspoel niet volledig is losgekoppeld van de bedrading, kunnen er mogelijk onjuiste waarden worden gemeten. Verwijder daarom alle kabels van de ontstekingsspoel voordat u gaat meten. - Het meetapparaat heeft (meestal) meerdere aansluitingen:
- 10A
- V Ω mA ( Ω is het gezochte teken voor ohm )
- COM ( COM staat voor Common, betekent Massa )
- Stel de multimeter in op Ω.
- Meetkabels in de multimeter steken
- Zwarte kabel in COM / Massa
- Rode kabel in Ω
Weerstand van de kabels van het meetapparaat meten
Er wordt een waarde weergegeven voor de weerstand van de kabels; deze kan, afhankelijk van de kwaliteit en nauwkeurigheid van de multimetermeting, ook nul zijn.
Onthoud deze waarde. Deze moet worden afgetrokken bij de latere meting van de primaire kring.
Weerstand van de primaire wikkeling van de ontstekingsspoel meten
- Stel het laagst mogelijke ohmse meetbereik in. Vaak staat er "200".
Uitleg: "200" is het laagste meetbereik voor alle weerstanden tot 200 ohm (perfect voor de primaire weerstand van de spoel). - Rode meetpen aan de pluspool en zwarte meetpen aan de minpool van de ontstekingsspoel.
Deze zijn respectievelijk gemarkeerd met "+" en "–", vaak ook met "1" en "15". - De weerstand van de primaire wikkeling (inclusief de kabels) wordt weergegeven. Als de weerstandswaarde van de kabels >0 was, trek deze dan af van de weergegeven waarde.
Weerstand meten op de secundaire wikkeling (1)
- Stel de multimeter in op het kilo-ohm-bereik. Vaak staat er "20k" (voor weerstanden tot 20 kOhm).
- Zet de rode meetpen op de minpool en de zwarte meetpen op het hoogspanningscontact van de ontstekingsspoel.
Dit is de plaats waar de kabel die naar de verdeler gaat, wordt ingestoken, dus in de koepel van de spoel. - De weerstand van de secundaire wikkeling wordt weergegeven.
Weerstand meten op de secundaire wikkeling (2)
- Zet de rode meetpen op de pluspool en de zwarte meetpen op het hoogspanningscontact van de ontstekingsspoel.
- De weerstand van de secundaire wikkeling wordt weergegeven.
De gemeten waarde moet identiek zijn aan de waarde van de vorige meting.
Informatie over meetwaarden
Een te hoge weerstandswaarde duidt op een draadbreuk.